Doelsturing in de landbouw: een nieuw paradigma in vergunningverlening

Op 25 november spraken twee Gelderse boeren op het symposium ‘Bedrijfsspecifiek meten stalemissies met sensoren’ in Ede. Zij zijn de eersten in Nederland die een milieuvergunning aanvragen op basis van doelsturing. Dit betekent dat zij niet vastzitten aan rigide regels, maar zelf bepalen hoe ze ammoniakemissies verlagen om aan gestelde milieudoelen te voldoen. Een innovatieve aanpak, maar niet zonder uitdagingen: milieuorganisatie MOB heeft al aangekondigd deze vergunningsaanvragen juridisch aan te vechten.

Bij doelsturing staat een emissieplafond centraal: de boer garandeert dat de jaarlijkse ammoniakuitstoot onder een vooraf vastgestelde drempel blijft. Dit vereist constante monitoring, transparantie en een plan van aanpak met maatregelen om overschrijdingen te voorkomen. Voor de twee Gelderse varkensboeren die deze stap zetten, betekent dit een intensieve voorbereiding van meer dan twee jaar, ondersteund door juristen en technische experts.

Hoe werkt doelsturing in de praktijk?

De boeren combineren stalmetingen van ammoniakconcentraties met een mix van technische en managementmaatregelen. Denk aan emissiearme stallen, aangepast voerbeleid en desnoods krimp van de veestapel. Mocht de uitstoot dreigen te stijgen, dan zijn er extra maatregelen achter de hand. Cruciaal is dat deze aanpak meetbaar en controleerbaar is. Een onafhankelijk protocol, opgesteld door een werkgroep onder leiding van de WUR, beschrijft precies hoe metingen uitgevoerd en geborgd moeten worden.

Het meet- en monitoringsplan speelt een sleutelrol in de vergunningaanvraag. Hiermee toont de boer aan dat hij “in control” is en de emissiedoelen kan behalen. Het bevoegd gezag, zoals de provincie, beoordeelt vervolgens of dit plan past binnen de milieugebruiksruimte van het gebied.

Juridische en technische uitdagingen

Doelsturing brengt nieuwe juridische vragen met zich mee. Hoe betrouwbaar zijn de metingen? Zijn de milieudoelen ambitieus genoeg? Wie controleert de naleving? En wat gebeurt er als een boer zijn doelen niet haalt? De rechtszaken die volgen, zullen richting geven aan de verdere invulling van doelsturing. Jurisprudentie bepaalt straks welke voorwaarden landbouwbedrijven moeten respecteren.

Volgens jurist Harm Borgers, die de boeren begeleidt, is doelsturing niet uniek voor de landbouw. “In de industrie werken we al jaren met emissieplafonds en monitoring. Waarom zou dat niet voor boeren kunnen gelden?” Toch erkent hij dat dit een leerproces is. Het beleid moet zich bewijzen in de praktijk, en rechtszaken zijn een onvermijdelijk onderdeel van die ontwikkeling.

Toekomstperspectief

Voorlopig ligt de focus op ammoniak, maar in de toekomst kunnen ook methaan (klimaatdoelen) en nitraat (waterkwaliteitsdoelen) in doelvoorschriften worden opgenomen. Deze integrale aanpak kan een belangrijke stap zijn naar een duurzame landbouw die flexibel inspeelt op regionale milieuvraagstukken. Maar eerst zal de rechter moeten vaststellen onder welke voorwaarden boeren zelf aan het roer mogen staan.

Doelsturing belooft een nieuw tijdperk in te luiden voor milieubeleid in de landbouw. Het is een aanpak die boeren meer verantwoordelijkheid geeft, maar ook veel vraagt van hun ondernemerschap, transparantie en innovatiekracht. De komende maanden zullen bepalend zijn voor de verdere ontwikkeling van dit beleid – en de toekomst van de Nederlandse landbouw.

Plaats een reactie