Het Zero Pollution Action Plan van de Europese Commissie heeft als doel om tegen 2030 het aantal ecosystemen in de Europese Unie dat risico loopt op eutrofiëring door atmosferische stikstofdepositie met 25% te verminderen ten opzichte van 2005.
Het totale gebied waar stikstofdepositie de kritische waarden voor eutrofiëring overschreed – de maatstaf die dit risico bepaalt – is tussen 2005 en 2022 met 13% afgenomen. Beleidsinitiatieven zoals de Richtlijn Nationale Emissiereductie Verbintenissen (NEC-richtlijn), de Farm-to-Fork-strategie en de Biodiversiteitsstrategie voor 2030 vormen belangrijke kaders om het risico op eutrofiëring in ecosystemen verder te verkleinen.

Wat zijn kritische depositiewaarden?
De beoordeling van stikstofdepositie op terrestrische en aquatische ecosystemen gebeurt aan de hand van kritische depositiewaarden. Wanneer de stikstofdepositie deze waarden overschrijdt, kan dit leiden tot eutrofiëring en biodiversiteitsverlies. Stikstofdepositie wordt voornamelijk veroorzaakt door:
- Ammoniak (NH₃) uit landbouwactiviteiten.
- Stikstofoxiden (NOx) uit verbrandingsprocessen, zoals verkeer en industrie.
Doel van het actieplan
Het Zero Pollution Action Plan (ZPAP) van de Europese Commissie streeft ernaar om de vervuiling in de EU terug te brengen tot niveaus die niet schadelijk zijn voor de menselijke gezondheid of ecosystemen. Doelstelling 3 van het plan stelt dat het oppervlak van ecosystemen waar stikstofdepositie de kritische waarden overschrijdt, tegen 2030 met 25% moet zijn afgenomen ten opzichte van 2005.
Deze indicator monitort de voortgang van deze doelstelling en speelt ook een rol in de herziening van het Gothenburg Protocol (2019-2022), dat gericht is op het verminderen van luchtvervuiling.
De Third Clean Air Outlook van de Europese Commissie biedt waardevolle analyses over de voortgang en vooruitzichten om het doel van een 25% reductie in ecosystemen met eutrofiëringsrisico te behalen. Dit rapport identificeert ook mogelijke beleidsaanpassingen om het doel tegen 2030 te realiseren.
Het rapport benadrukt het belang van voortdurende inspanningen om luchtvervuiling en de gevolgen voor ecosystemen effectief te bestrijden. In het basisscenario, waarin geen extra maatregelen worden genomen bovenop het huidige beleid, wordt voorspeld dat het aangetaste ecosysteemgebied tegen 2030 slechts met 20% zal afnemen ten opzichte van 2005.
Hoewel dit een vooruitgang betekent, blijft het achter bij het doel van 25% reductie. In 2022 bedroeg het totale bedreigde ecosysteemgebied nog steeds 983.500 km². Daarom is het essentieel om aanvullende maatregelen te nemen, met name gericht op de vermindering van ammoniakemissies uit de landbouw.

Belang van ammoniakreductie
De analyses benadrukken het belang van gerichte maatregelen om de ammoniakuitstoot uit de landbouw te beperken. Dit kan worden bereikt door:
- Efficiënter beheer en toepassing van mest afkomstig van rundvee, varkens en pluimvee.
- Verbeterde toepassing van minerale meststoffen om ammoniakemissies te verminderen.
Strengere normen voor luchtkwaliteit in de toekomst zouden de EU kunnen helpen om het ecosysteemdoel voor 2030 te halen (zie de onderliggende studie voor de Third Clean Air Outlook), zoals aanbevolen door de analyses.
Daarnaast zullen maatregelen uit de Farm-to-Fork-strategie, die een halvering van nutriëntenverliezen beoogt, en de natuurhersteldoelen van de Biodiversiteitsstrategie bijdragen aan de vermindering van atmosferische stikstofdepositie.
Kritische waarden overschreden in bijna alle lidstaten
Sinds 2005 zijn de kritische waarden voor stikstofdepositie in vrijwel alle EU-lidstaten overschreden. Deze overschrijdingen zijn het gevolg van zowel gereduceerde stikstofverbindingen uit de landbouw als geoxideerde stikstofverbindingen uit verbrandingsprocessen.
In 2022 waren de emissies van geoxideerde stikstof (NO₂, salpeterzuur en nitraatdeeltjes) het hoogst in:
- België
- Noord-Duitsland
- Noord-Italië
- Nederland
- Polen
De landbouwsector was in 2022 verantwoordelijk voor 93% van alle gereduceerde stikstofdepositie in de EU-27, waarvan 71% van de emissies afkomstig was van vee. Gereduceerde stikstof wordt in ecosystemen afgezet als ammoniak (NH₃) en ammonium (NH₄⁺). De hoogste depositie werd gemeten in:
- België
- Delen van Frankrijk
- Noord-Duitsland
- Noord-Italië
- Nederland
- Polen
Hotspots van overschrijdingen in 2022
De hoogste overschrijdingen van kritische stikstofwaarden in 2022 werden gemeten in:
- De Po-vlakte in Italië.
- Grensgebieden tussen Nederland en Duitsland.
- De grensregio tussen Denemarken en Duitsland.
- Noordoost-Spanje.
- Hotspots langs de grens tussen Nederland en België.
Conclusie aldus de EU.
Het terugdringen van stikstofdepositie blijft een grote uitdaging voor de Europese Unie. Hoewel er sinds 2005 vooruitgang is geboekt, is het behalen van de doelstelling voor 2030 nog onzeker. Extra maatregelen, met name gericht op het verminderen van ammoniakemissies uit de landbouw, zijn noodzakelijk om ecosystemen beter te beschermen tegen eutrofiëring en biodiversiteitsverlies.
De voortgang wordt nauwlettend gevolgd en beleidsaanpassingen, zoals strengere luchtkwaliteitsnormen en verbeterd mestbeheer, kunnen van cruciaal belang zijn om de doelstellingen te behalen. Het blijft een gezamenlijke verantwoordelijkheid van de lidstaten, de landbouwsector en de industrie om luchtvervuiling verder te verminderen en kwetsbare natuurgebieden te beschermen.

Plaats een reactie