Stikstof in (en) de Politiek: Hoe dan Wel?!

Hoe lossen we de stikstofcrisis dan wel op?

In Nederland is stikstof al jarenlang een complex en controversieel thema. We hebben te maken met een situatie waarin de uitstoot van stikstofverbindingen – zoals ammoniak (NH₃) en stikstofoxiden (NOₓ) – en de depositie hierdoor veel hoger ligt dan de natuur op enkele habitats aankan. Deze depositie – zie het als stikstof-neerslag – verstoort enkele ecosystemen waaronder de Veluwe, tast op enkele plekken de biodiversiteit aan en heeft geleid tot (te) strenge wet- en regelgeving. Nederland zit nu hierdoor (juridisch) op slot. Maar na jaren van juridische strijd, politieke verdeeldheid en economische stagnatie vragen steeds meer mensen zich af: Hoe dan wel?!

Deze pagina “Hoe dan Wel?!” is een aanzet tot een geïntegreerd plan dat op eigen initiatief wordt gemaakt. Stikstofinfo.net houdt ook andere alternatieven plannen in de gaten. Goede elementen zullen overgenomen geworden. De lijst met alternatieve plannen staat op de pagina “Alternatieve stikstofplannen – een Overzichtslijst”. In de toekomst zullen de plannen ook met elkaar worden vergeleken.

De grote maatschappelijke uitdagingen van vandaag

Nederland zit dus vast. Letterlijk en figuurlijk via onhandige wetgeving. De huidige interpretatie van de Nederlandse wetgeving, ingegeven door de PAS-uitspraak uit 2019 en recent de Greenpeace uitspraak, is zodanig rigide dat het land nu op slot staat:

  • Onzekerheid voor boeren en ondernemers: Velen zitten in onzekerheid over hun toekomst door gebrek aan een lange termijn visie.
  • Gebrek aan prioriteiten in beleid: Er is geen duidelijke keuze tussen natuurherstel, economische groei en sociale cohesie; alles lijkt even belangrijk, waardoor niets vooruitkomt.
  • Stagnerende innovatie: Door het ontbreken van experimenteerruimte worden innovatieve oplossingen nauwelijks ontwikkeld of toegepast.
  • Disfunctionerende vergunningensystemen: Vergunningsaanvragen blijven hangen in juridische procedures die soms jaren duren.
  • Verlies van vertrouwen: Zowel burgers, ondernemers als natuurorganisaties verliezen het vertrouwen in de overheid door inconsequent beleid.
  • Geen aandacht voor regionale verschillen: Het beleid houdt onvoldoende rekening met de unieke uitdagingen en mogelijkheden van verschillende regio’s in Nederland.
  • Internationale reputatieschade: Nederland loopt achter op andere Europese landen die wel duidelijke keuzes maken en vooruitgang boeken.
  • Sociale spanningen: Het stikstofbeleid drijft een wig tussen verschillende groepen in de samenleving, zoals boeren, natuurorganisaties en stedelijke inwoners.
  • Tijdverlies door juridisch getouwtrek: In plaats van praktische stappen te zetten, wordt kostbare tijd verspild aan juridische gevechten.
  • Economische schade: Naast stilgelegde projecten leidt het gebrek aan duidelijkheid tot investeringsvrees bij bedrijven.
  • Geen integrale aanpak: Stikstof wordt geïsoleerd benaderd, terwijl het nauw verweven is met thema’s zoals waterkwaliteit, biodiversiteit en klimaatverandering.
  • Onzekerheid rond Natura 2000-doelen: Onrealistische doelen en de interpretatie daarvan zorgen voor een steeds grotere kloof tussen beleid en praktijk.

Deze patstelling is niet langer houdbaar. Het is tijd voor een grote koerswijziging. Een koerswijziging waarbij op basis van rationele argumenten, wetenschap en kennis wordt gehandeld. Vervolgens moet dit leiden tot een breed gedragen politiek besluit dat Nederland weer perspectief biedt. Zo’n koerswijziging vereist politieke lef en visie – vooral in Den Haag – om uit de cirkelredeneringen van het huidige beleid te breken. Dit betekent het durven maken van keuzes die helder, haalbaar en uitvoerbaar zijn.

Het is nodig om:

  • Wetgeving te ontwikkelen die niet enkel juridisch houdbaar is, maar ook praktisch uitvoerbaar en gericht op echte emissiereducties. Wetgeving die ook logisch, begrijpbaar en toepasbaar is. Wetgeving die past bij een “fysische, chemische en biologische realiteit” en niet gebouwd is op een virtuele werkelijkheid. Wetgeving moet ook moreel correct zijn.
  • De verantwoordelijkheid voor natuurherstel eerlijk te verdelen over alle sectoren, zonder onevenredige druk op landbouw, industrie of transport. Uitgangspunt van de Remkes, TNO en StikstofInfo.net is “aparte emissiebudgetten en reductie doelen voor ammoniak en stikstofoxiden”
  • Innovatie te stimuleren door ruimte te geven aan nieuwe technologieën en experimentele maatregelen die bijdragen aan duurzame oplossingen. Om innovatie in de praktijk te kunnen realiseren zijn vergunningen nodig en/of Fieldlabs.
  • Het vergunningsproces te hervormen, zodat het sneller, transparanter en rechtvaardiger wordt. Vergunningen moeten gericht zijn op emissies per bedrijf en niet deposities op de natuur.
  • Duidelijke doelen te stellen voor de korte en lange termijn, inclusief een helder toekomstbeeld van de balans tussen economische activiteiten en natuurbehoud.

Deze koerswijziging vraagt niet alleen om technische en wetenschappelijke onderbouwing, maar ook om politieke moed om impopulaire, maar noodzakelijke beslissingen te nemen. Alleen met een gezamenlijke inspanning van overheid, ondernemers, maatschappelijke organisaties en burgers kunnen we het huidige slot van Nederland halen en werken aan een toekomst waarin natuur, economie en samenleving in balans zijn. Over de noodzaak tot politieke moed en de noodzaak om beleidswijzing te hebben, sprak ik het volgende in bij de staten van Overijssel op 15 januari 2025:

Onze aanpak bij Stikstofinfo.net : Het driestaps proces oppakken zoals ervaren ingenieurs of consultants dat zouden doen

De stikstofcrisis vraagt dus meer dan ooit vooral om een rationele en gestructureerde (beleids)aanpak, zoals ervaren ingenieurs en consultants met praktijkervaring die zouden hanteren. Dit is nu geen academisch onderzoeksdomein dat vraagt om meer onderzoek – het gaat in de basis nu gewoon om een praktisch probleem dat opgelost moet worden. In onze visie draait het nu om drie essentiële stappen te zetten: i) begrijpen wat het probleem is, ii) analyseren waarom Nederland juridisch vastzit, en iii) voorstellen doen voor oplossingen die daadwerkelijk werken.

Door methodisch te werk te gaan, kunnen we helderheid scheppen en richting geven. Onze aanpak is dus een een driestapsproces: het probleem definiëren, de (juridische) oorzaken blootleggen, en praktische oplossingen die ook in de praktijk kunnen worden uitgevoerd presenteren.

Waarom vooral een rationele aanpak nu meer dan ooit nodig is?

Deze stikstofcrisis kan niet meer worden opgelost met losse kleinere maatregelen, nieuwe geitenpaatjes of nog meer emotionele discussies. Dit probleem kan ook niet opgelost worden met nieuwe juridische interpretaties of de inzet van een proces waarbij ambtenaren of juristen tot oplossingen komen. Verdere polarisatie dient ook voorkomen te worden. Stikstof vraag echter ook niet om een management-proces of grote commissie. Het vraagt wel om een rationele en oplossingsgerichte aanpak waarbij alle belanghebbenden – overheid, industrie, landbouw en natuurorganisaties – samenkomen. Door te werken als ingenieurs of consultants kunnen we het probleem ontrafelen en samen bouwen aan een werkbare toekomst.

Liever een klein team met kennis die kan samenwerken, dan een te grote groep mensen die hopen dat oplossingen komen uit “een management en communicatieproces met veel mensen in een groep”. Visie en inhoud dus, en niet learning on the job via algemeen management.

“Je moet juristen niet vragen om een technisch probleem op te lossen,” zegt Pluymaekers in onderstaande YouTube. Hij benadrukt dat de rolverdeling helder moet zijn: technische experts en ingenieurs bepalen op basis van hun praktijkkennis wat de meest effectieve manieren zijn om stikstofdepositie te verminderen. Pas daarna komt de jurist in beeld om deze oplossingen juridisch houdbaar te maken. 

Het Drieluik: Samen naar een oplossing uit de Stikstofcrisis – Wat dan Wel?!

1. Wat is nu eigenlijk het probleem?

Nederland is koploper in stikstofuitstoot, en dat heeft grote gevolgen voor onze natuur en onze samenleving. De hoge emissies van stikstofverbindingen, zoals ammoniak (NH₃) en stikstofoxiden (NOₓ), zijn een direct gevolg van onze status als een dichtbevolkt, welvarend en economisch actief land. Dit heeft geleid tot aanzienlijke stikstofdepositie, die op sommige plekken schadelijk is voor kwetsbare natuurgebieden. De biodiversiteit staat onder druk, en dat vraagt om een zorgvuldige aanpak om natuurherstel te waarborgen.

Echter, de stikstofproblematiek is niet alleen een technisch en biologisch probleem. De manier waarop Nederland deze uitdaging juridisch heeft vertaald, maakt de situatie nog complexer. De huidige regelgeving, met het Programma Aanpak Stikstof (PAS) als bekendste voorbeeld, heeft niet geleid tot de beoogde reducties. Sterker nog, het heeft ons land juridisch vastgezet. Het centrale onnauwkeurige instrument, Aerius, en de Kritische Depositiewaarden (KDW) werken niet zoals gehoopt. Ze bieden geen praktische oplossingen en creëren onwerkbare situaties voor bedrijven, overheden en natuurorganisaties. Het roer moet dus om.

Ondertussen is de natuur de grootste verliezer. Hoewel er zonder twijfel meerdere natuurgebieden zijn die gebaat zijn bij stikstofreductie, zorgt het huidige beleid er niet voor dat de juiste maatregelen worden genomen op de juiste plekken. Dit maakt duidelijk dat het probleem niet alleen vraagt om emissiereducties, maar ook om een fundamentele herziening van de wetgeving en een rationele aanpak die verder kijkt dan alleen juridische houdbaarheid. Het is tijd voor een systeemverandering die werkt voor zowel de natuur als de samenleving.

Lees verder: 

2. Waarom zit Nederland op een (juridisch) slot?

De PAS-uitspraak van 2019 heeft Nederland juridisch vastgezet. Projecten komen stil te liggen, vergunningen worden niet meer verleend, en er is sprake van circulaire wetgeving die leidt tot een vicieuze cirkel. De huidige wetgeving werkt niet. In dit artikel bieden we een korte maar heldere analyse van hoe deze juridische patstelling is ontstaan en waarom het huidige systeem niet werkt. Het dossier bevat zowel wetenschappelijke als juridische schoonheidsfouten die elkaar versterken.

Daarnaast is de interpretatie van de Europese Vogel- en Habitatrichtlijnen in Nederland buitengewoon strak en inflexibel doorgevoerd, waardoor een situatie is ontstaan waarin vrijwel niets meer mogelijk is zonder uitgebreide juridische procedures. Het gevolg is een patstelling: projecten komen tot stilstand, economische ontwikkeling stokt, en natuurherstel schiet niet op. In plaats van vooruitgang te boeken, zijn we verzand in juridische discussies, rechtszaken en politieke verdeeldheid.

Lees verder: 

3. Nieuw beleid en uiteindelijk nieuwe wetgeving: Hoe dan wel?

Het is tijd om verder te kijken dan discussies en juridische stilstand. Maar wat zijn de oplossingen? In ons eerste artikel, “Ruwe Beleidshoutskoolschets voor Ammoniakreductie en Beheersing in Nederland – Stikstof, Hoe dan wel?”, presenteren we concrete voorstellen voor een werkbaar stikstofbeleid dat een evenwicht creëert tussen economische belangen, natuurherstel en maatschappelijke vooruitgang. Om tot een effectief stikstofbeleid te komen, moeten we een onderscheid maken tussen korte termijn maatregelen en een volledig nieuwe juridische en beleidsmatige aanpak voor de lange termijn.

A – Korte termijn: snel handelen om ruimte te creëren

Op de korte termijn is het noodzakelijk om pragmatische stappen te zetten die direct lucht geven aan de huidige patstelling. Een belangrijke maatregel is het vaststellen van een rekenkundige ondergrens van bijvoorbeeld 1 of 10 mol stikstofdepositie. Deze drempelwaarde voorkomt dat minimale emissies tot langdurige juridische procedures leiden en creëert ruimte voor kleine en middelgrote projecten, zoals woningbouw en lokale economische initiatieven.

Daarnaast is het van groot belang om het vergunningenproces te vereenvoudigen en te ontdoen van overmatige afhankelijkheid van het Aerius-model. Dit model is simpelweg te onnauwkeurig om lokale stikstofdeposities betrouwbaar te voorspellen. Het resultaat is niet alleen een juridisch wankel fundament, maar ook een gebrek aan vertrouwen bij ondernemers, natuurorganisaties en burgers.

We brainstormen dagelijks met vele experts, bestuurders en betrokkenen om zo te komen tot een grote lijst met ideeën die ook op de korte termijn ingezet kunnen worden. Deze lijst – under construction – is hier te vinden. Tevens hebben we een artikel geschreven met denkrichtingen “15 Denkrichtingen voor een Werkbare Oplossing”.

B- Lange termijn: een nieuwe juridische basis

Op de lange termijn kan Nederland niet anders dan afscheid nemen van beleid dat gebaseerd is op Aerius of andere depositiemodellen die natuurkwaliteit reduceren tot abstracte cijfers en stikstof als enige drukfactor hanteren. Nieuwe wetgeving moet weer rationeel, wetenschappelijk onderbouwd, doelmatig en kosteneffectief zijn. Daarbij zijn enkele uitgangspunten cruciaal:

  1. Van depositie naar emissiebeleid en goed natuurbeheer: De focus moet verschuiven van berekende depositie naar het daadwerkelijk verbeteren van natuurbeheer in Natura 2000-gebieden. Het stellen van haalbare en lokaal relevante doelen is hierbij essentieel. Hierbij zullen boeren en industrie aantoonbare reductiebeleid moeten accepteren.
  2. Eenvoudige(re) regelgeving: Nieuwe wetten moeten begrijpelijk zijn en eenvoudig toepasbaar, zowel voor kleine als grote bedrijven. Een te complexe aanpak werkt verlammend en leidt tot nieuwe stagnatie. Modellen aanpak – the computers says no – hoort daarbij niet thuis in wetgeving en vergunningsverleningen.
  3. Regio-specifieke oplossingen: Niet elke regio heeft hetzelfde stikstofprobleem. Een regionale aanpak, waarin rekening wordt gehouden met de specifieke ecologische, economische en maatschappelijke situatie, is noodzakelijk. Wel op basis van rationele oplossingen en concrete monitoring van ammoniak en NOx met bijvoorbeeld sensoren en satellieten.
  4. Weg met (juridische) cirkelredeneringen: Het vermijden van cirkelredeneringen in wetgeving is cruciaal. Dit betekent afscheid nemen van onwerkbare Kritische Depositiewaarden (KDW) en vooral Aerius als absoluut sturingsmiddel.

C – Richting een nieuw stikstofbeleid en een nieuwe wetgeving dus

De nieuwe regelgeving moet verder gaan dan alleen rationele en wetenschappelijke uitgangspunten. Het moet werken in de praktijk, juridisch houdbaar zijn en de balans bewaren tussen natuurherstel en economische ontwikkeling. Daarnaast vraagt het om een politiek gedragen visie die verder gaat dan de huidige termijn van kabinetten, met duidelijke doelen tot 2035 en verder.

Door de stikstofproblematiek op deze manier te benaderen, kunnen we de impasse doorbreken en een beleid neerzetten dat werkt voor Nederland: een beleid dat ons van het slot haalt, natuur daadwerkelijk helpt, en economische groei niet in de weg staat. Het is tijd voor een nieuw hoofdstuk, waarin wetgeving, wetenschap en praktijk elkaar vinden.

Met deze aanpak kunnen we Nederland weer in beweging krijgen en tegelijkertijd werken aan een duurzame toekomst.

Lees verder: 

Tenslotte, Wat kun jij nu eigenlijk zelf doen?

Wil je bijdragen aan een oplossing of heb je een (deel) oplossing? Lees onze artikelen, laat een reactie achter per e-mail, en deel jouw inzichten. Samen kunnen we bouwen aan een werkbare toekomst waarin economische ontwikkeling en natuurbehoud hand in hand gaan.

Meer lezen?